De duivel z'n vangst
zijn mensen in angst -
debielen,
ze likken likdoorns van hielen;
pikken van dooien -
zie ze rozen van graven rooien.
Geef mij maar 'n crematie.
'k Verbreek misschien al m'n relaties
als ik m'n lichaam verlaat.
Er zit niet veel tussen liefde en haat -
bij 't eerste heb ik baat,
daarom kom 'k misschien terug;
en, misschien heb 'k haat,
bijvoorbeeld aan ontwetenden.
'k Denk soms: "Ze moeten toch beter weten!?"
'k Leer ze terwijl ik nog leer -
keer op keer leer ik van de Heer.
Mensen maakten azen;
nu zijn ze als gieren voor kazen.
't Broodnodige lijkt overbodig -
men vraagt alleen: "Wat heb ik zelf nodig?",
maar de meesten weten 't niet.
Kennis gaat verloren als water wanneer 't giet in de droogte.
't Is WOEST hier en het lijkt op 't EINde der tijden,
Maar 't water blijft hier.
Boven- en ondergronds - bouw net 'n mier.
Met m'n kennis veroorzaak 'k stennis als Dennis the Menace.
Schijt aan shit -
je wilt niet fokken met m'n click.
'k Zet m'n pik op de lippen van je chick,
en zeg dat ze moet likken, bitch!
Sorry, 'k ga misschien wat ver voor aandacht,
maar als 'k zeg dat 'k iemand heb verkracht,
noem 'k mijzelf To.
Niet dat 'k geloof -
'k wil weten,
omdat mensen de waarheid vergeten.
Vandaag de dag kan je makkelijk liegen,
vandaar dat mensen vaak bedriegen.
't Harde werken van de sterken valt soms nauwelijks te merken -
ze bouwden kerken,
maar mensen zitten nog steeds gevangen in kerkers.
'n relatie met God, de Heer, of hoe noem je Hem weer?
'k Kwam in contact -
wat 't ook was,
'k weet alleen dat ik er was.
Nu wil 'k groeien als gras,
geef me de ruimte,
en zie hoe 'k m'n gore gedachtes schoon was.